Onder concurrentie in de natuur verstaan we een toestand waarbij individuen van één soort grondstoffen consumeren die maar beperkt beschikbaar zijn. De bekwaamste zullen overleven; de rest zal wegkwijnen. De concurrentie is groter naarmate de populatie dichter is. Want hoe meer individuen, des te groter de kans dat de draagkracht van het milieu onder druk staat. De overlevingskans hangt dus samen met de dichtheid van de populatie. Ecologen zeggen daarom vaak dat het sterftecijfer dichtheidsafhankelijk is.
De beschikbaarheid van voedsel zal vermoedelijk de overlevingskans dichtheidsafhankelijk beïnvloeden. Dichtheidsafhankelijkheid komt, af en aan, aan de orde in de afleveringen 15–16 en 25-30 van serie 1 van ‘Wat is ecologie?’ Zie ook aflevering 38.
Andere factoren werken onafhankelijk van de dichtheid. Bijvoorbeeld ongebruikelijke weersomstandigheden zoals droogte of overstromingen zullen alle leden van de populatie raken. Vogelpopulaties in bosgebieden lijken vooral onder de druk van de dichtheidsafhankelijke factoren te staan, terwijl voor insecten in droge gebieden geldt dat de sterfteoorzaak meer aan dichtheidsonafhankelijke factoren valt toe te schrijven.