Onvolwassen en authentieke vooruitgang

DANIEL SCHMACHTENBERGER*

Het concept van vooruitgang vormt de kern van het verhaal van de mensheid. Vanuit dit perspectief is het heel goed mogelijk om je een voorstelling te maken van een toekomst vol overvloed, waarin onze grote uitdagingen zijn aangepakt door het unieke menselijke vermogen om de wereld naar onze hand te zetten. Velen menen dat we een dergelijke toekomst zullen bereiken aan de hand van een combinatie van almaar toenemende menselijke kennis en geavanceerde technologieën.

Dit artikel legt uit waarom ons huidige idee van vooruitgang onvolwassen is: in termen van ontwikkeling is dit concept onvolledig. Vooruitgang, zoals we het begrip nu definiëren, negeert of bagatelliseert de omvang van haar neveneffecten. Onze typische benadering van technologische innovatie gaat gepaard met schadelijke (neven)effecten op veel zaken die niet alleen mooi en inspirerend zijn, maar ook fundamenteel noodzakelijk voor de gezondheid en het welzijn van al het leven op aarde. Het ontwikkelen van een meer volwassen benadering van ons vooruitgangsconcept vormt de sleutel tot een levensvatbare toekomst voor de mensheid.

De manier waarop we vooruitgang opvatten en hoe we ernaar streven, heeft diepgaande implicaties voor onze toekomst. Uiteindelijk bepaalt dit streven onze belangrijkste handelingen in de wereld – het beïnvloedt hoe we veranderingen doorvoeren en problemen oplossen, hoe we over economie denken en hoe we technologieën ontwerpen. Die zaken die niet worden meegewogen in onze opvatting van vooruitgang en in de manieren waarop we die meten, worden in het vooruitgangsstreven vaak geslachtofferd. De neveneffecten (of externaliteiten) doen zich doorgaans voor in een complexe cascade, waarbij de schade meestal in tijd en ruimte wordt doorgeschoven. Vaak is het lastig om de tweede- en derde-orde-effecten van onze handelingen in de wereld aan hun oorspronkelijke oorzaak toe te schrijven en toch zijn die meestal belangrijker en verstrekkender dan we beseffen.

Naarmate technologieën in kracht toenemen, worden de effecten ervan op de realiteit steeds ingrijpender. Zetten we onze huidige koers voort, dan zullen deze effecten – lang voordat we met machines samensmelten of elders in het zonnestelsel zelfvoorzienende kolonies hebben gebouwd – een einde maken aan het verhaal van de beschaving. We bevinden ons aanmerkelijk dichter bij een dusdanige schade aan de biosfeer dat de beschaving erdoor vernietigd of ontwricht wordt, dan bij een kolonisering van het universum. Gaan we door met het afmeten van het succes van de vooruitgang aan de hand van een beperkt aantal maatstaven en meetgegevens – meetgegevens die voornamelijk gericht zijn op economische en militaire groei, en die geen rekening houden met alles waarvan ons bestaan afhankelijk is –, dan zal ons concept van vooruitgang onvolwassen blijven en zal de mensheid blindelings op een beschavingsklif afstevenen.

In dit artikel gebruiken we de term ‘vooruitgangsnarratief’ om te verwijzen naar de manier waarop we in onze samenleving over vooruitgang praten en denken. Het vooruitgangsnarratief is het alomtegenwoordige idee in onze cultuur dat technologische innovatie, markten en onze instellingen voor wetenschappelijk onderzoek en onderwijs algemeen gesproken bevorderlijk zijn voor de verbetering van onze levenskwaliteit. Dit artikel plaatst niet alleen vraagtekens bij de nauwkeurigheid van dit narratief, maar ook bij de prikkels en risico’s die door erdoor teweeg worden gebracht en onderzoekt tevens waarom dit idee zo’n centrale rol is gaan spelen bij de ontwikkeling van onze wereldwijde beschaving.

Daarbij proberen we het vooruitgangsnarratief zo eerlijk en helder mogelijk weer te geven, in het volle beseft dat het doorgaans wordt voortgestuwd door een oprecht verlangen om de wereld in positieve zin te veranderen. Het is nadrukkelijk niet de bedoeling om schuldigen aan te wijzen of allerlei hypothetische situaties te deconstrueren, maar wel om een pad uit te stippelen dat ons naar mogelijke oplossingen voert.

Dit artikel baseert zich op een verscheidenheid aan bronnen en hanteert een interdisciplinaire aanpak om de realiteit van het huidige traject van de mensheid te onderzoeken. Verschillende veel gehoorde ‘vooruitgangsmythen’ worden tegen het licht gehouden, waaronder die over schijnbare verbeteringen op het vlak van de levensverwachting, het onderwijs, de armoede en geweld. De wortels van deze ‘mythen’ worden blootgelegd door onze blik en de grenzen die we hanteren te verruimen. Ook al leven we bijvoorbeeld langer, toch vertonen veel maatstaven voor de kwaliteit van leven een neerwaartse trend. In veel opzichten geldt dit ook voor de onderwijsresultaten, zelfs al is de toegang tot (basis)onderwijs verbeterd. In tegenstelling tot het gangbare narratief is het op mondiaal niveau maar zeer de vraag of de armoede daadwerkelijk afneemt. En sinds het einde van de Tweede Wereldoorlog is de impact van ons geweldsinstrumentarium enorm toegenomen; inmiddels produceren we stelselmatig het type wapens dat voorheen aan dystopische sciencefiction was voorbehouden.

Om een idee te geven van de omvang van de onbedoelde neveneffecten die uit één enkele innovatie kunnen voortvloeien, onderzoeken we in de casestudy de uitvinding van kunstmest. Deze innovatie leidde tot een aanzienlijke toename van de hoeveelheid voedsel (en dus mensen) die kon worden geproduceerd. Maar de negatieve externaliteiten waarmee deze innovatie gepaard is gegaan, hebben verstrekkende gevolgen gehad voor de gezondheid van mensen, dieren, planten, bodems en de biosfeer in brede zin. Een overzicht van deze neveneffecten kan eraan bijdragen dat we onze blik (iets) verruimen, zodat we een fractie meer kunnen opvangen van de complexe werkelijkheid die doorgaans uit het versimpelde vooruitgangsnarratief wordt weggelaten.

Ons vooruitgangsconcept moet volwassen worden. Wil de mensheid overleven en in de verre toekomst gedijen, dan moeten we het idee van vooruitgang transformeren en verheffen tot iets wat waarlijk goed en ons gezamenlijke streven waard is. Naarmate we meer van het universum begrijpen en nieuwe manieren vinden om er met onze technologieën in in te grijpen, moeten we ook meer rekening houden met de eindeloze rimpelingen van oorzaak en gevolg die buiten onze onmiddellijke doelen liggen. En moeten we meer bedacht zijn op de positieve en negatieve aspecten die de realiteit, lang nadat de technologen van vandaag er niet meer zijn, zullen blijven beïnvloeden.

Wil ons concept van vooruitgang daadwerkelijk volwassen zijn, dan moeten we zijn schadelijke neveneffecten op voorhand incalculeren en er oplossingen voor bedenken – dan moeten we zijn externaliteiten internaliseren. In het tweede deel van dit artikel zetten we vier specifieke methoden uiteen voor het internaliseren van externaliteiten, tezamen met enkele voorbeelden van wat hoe zo’n proces er precies uit kan zien.

Het vooruitzicht van een volwassen idee van vooruitgang is zowel realistisch als optimistisch. Dat vooruitzicht is gebaseerd op de propositie dat het menselijk vermogen tot wijsheid en vindingrijkheid veel groter is dan we ons nu voorstellen. En dat we in staat zijn om de onkenbare complexiteit van de werkelijkheid bij onze handelingen in de wereld centraal te stellen en de gevolgen van de hiaten in onze kennis van tevoren te beperken.

Dit maakt een vorm van echte vooruitgang mogelijk die het lijden vermindert en die bouwt aan een beter begrip van het universum en onze plaats daarin – en die onze kansen vergroot om niet alleen tot in de verre toekomst voort te blijven bestaan, maar er ook in te gedijen.

In 1921 werd het probleem van de klopvastheid van motoren opgelost door Thomas Midgley Jr., een chemicus die bij General Motors werkte. Het kloppen of pingelen van een motor is een welbekend (en lawaaiig) probleem dat de prestaties van de motor vermindert en de motoronderdelen beschadigt. Midgleys oplossing luidde om een ‘anti-klopmiddel’ in de vorm van tetra-ethyllood aan benzine toe te voegen. Tetra-ethyllood (TEL) zou het probleem inderdaad oplossen en de prestaties en brandstofefficiëntie van motoren ook nog eens aanzienlijk verhogen. Het neveneffect van het gebruik van TEL was echter dat het vrijkomen ervan in de atmosfeer een onmetelijke schade heeft aangericht.[1] Lood is een krachtig zenuwgif (neurotoxine) dat voor alle levensvormen schadelijk is, maar in het bijzonder voor kinderen aangezien het cognitieve problemen en ontwikkelingsstoornissen veroorzaakt.[2] Alleen al in 1979 stootten Amerikaanse auto’s ruim 90 miljoen kilo lood in de atmosfeer uit.[3]

In 2015 werd vastgesteld dat deze ene innovatie de mensheid, als gevolg van de langdurige blootstelling aan lood in het milieu, én een kleine 1 miljard IQ-punten heeft gekost én het basisniveau van gewelddadig gedrag aanzienlijk verhoogd heeft.[4] Recentere studies wijzen uit dat de omvang van de loodvergiftiging nog veel groter groter is dan deze eerdere schattingen vermoedden; alleen al in 2019 zijn grofweg 5,5 miljoen mensen aan hartaandoeningen gestorven die veroorzaakt zijn door loodvergiftiging. Daarmee is loodvergiftiging wereldwijd de belangrijkste oorzaak is van cardiovasculaire sterfte, nog vóór roken en slechte voeding.[5] Ook is de impact van lood op het wereldwijde IQ eerst fors onderschat; de jongste cijfers geven alleen al bij kinderen onder de vijf jaar een jaarlijks verlies van 785 miljoen IQ-punten aan.[6]

Ondanks de gigantische omvang van de gevolgen heeft het tot 2021 geduurd – precies een eeuw na het eerste gebruik ervan – voordat ook het laatste land gelode benzine in de ban deed.[7] Hoewel gelode benzine voor de meeste voertuigen officieel verboden is, wordt deze brandstof in de VS momenteel nog steeds gebruikt in lichte vliegtuigen, landbouwmachines, raceauto’s en boten, en wordt ze in veel arme landen nog altijd illegaal in benzineauto’s verbrandt.[8] Over lange geologische tijdschalen bekeken, kan het zomaar het geval zijn dat een planeet als de aarde alleen een biosfeer kon ontwikkelen die in staat was om ons type van intelligent leven voort te brengen, omdat giftige elementen zoals lood diep in de aardkorst opgesloten zaten.[9] Toch hebben we ongelooflijke hoeveelheden energie en vindingrijkheid geïnvesteerd in systemen van loodwinning en -raffinage, en complete industrieën opgetuigd die afhankelijk zijn van de voortdurende winning ervan. In de moderne tijd is het een gangbare praktijk geworden om gifstoffen zoals lood diep uit de aarde te delven en deze via consumptiegoederen in onze bloedsomloop te brengen.[10]

Hoe zou de wereld er uitzien zonder lood? Wat betekenen die honderden miljoenen sterfgevallen, de vele miljarden verloren IQ-punten en een minder vreedzaam temperament voor ons collectieve handelingsvermogen en de betekenisverlening?[11] En hoe zit het met de talloze andere, minder bekende verontreinigende stoffen waaraan we worden blootgesteld? De Lancet-studie ‘Global Burden of Disease’ schat dat aan vervuiling gerelateerde ziekten jaarlijks verantwoordelijk zijn voor zo’n 9 miljoen voortijdige sterfgevallen.[12] Deze conservatieve schatting komt overeen met 16 procent van de totale wereldwijde sterfte. En dan laat de studie nog alle andere vormen van schade buiten beschouwing die niet direct fataal zijn, maar de gezondheid wel ernstig ondermijnen.

We zijn bekend met zo’n 279 miljoen chemische stoffen.[13] Tot dit onvoorstelbaar grote aantal behoren talloze andere chemische stoffen die met vergelijkbare of nog ernstigere gezondheidseffecten gepaard gaan, zowel alleen als in complexe wisselwerking met andere stoffen.[14]

Het stemt nederig om te beseffen dat we wellicht nooit volledig zicht zullen krijgen op de omvang van de effecten die door ons overmatige vertrouwen in onze technologieën veroorzaakt wordt.


1. Derek Muller, Petr Lebedev en Emily Zhang, “The Man Who Accidentally Killed The Most People In History,” video, (Veritasium, 22 sptil, 2022), https://www.youtube.com/watch?v=IV3dnLzthDA.
2. Michael J. McFarland, Matt E. Hauer en Aaron Reuben, “Half of US Population Exposed to Adverse Lead Levels in Early Childhood” (PNAS, 119, no. 11, 2022), https://www.pnas.org/doi/10.1073/pnas.2118631119.
3. United States. Agency for Toxic Substances and Disease Registry. “Toxicological Profile for Lead” (Department of Health and Human Services (2020). doi:10.15620/cdc:95222.
4. Bjorn Larsen en Ernesto Sánchez-Triana, “Global Health Burden and Cost of Lead Exposure in Children and Adults: A Health Impact and Economic Modelling Analysis” (The Lancet Planetary Health 7, no. 10), https://doi.org/10.1016/S2542-5196(23)00166-3. Voor een overzicht van onderzoek naar de impact of lood(vergiftiging) op gedrag zie ook: Sectie 2 van Anthony Higney, Nick Hanley en Mirko Moro, “The Lead-Crime Hypothesis: A Meta-Analysis,” (Regional Science and Urban Economics 97, november 2022), https://www.sciencedirect.com/science/article/pii/S0166046222000667#sec2.
5. Daniel Lawler, “Lead Poisoning Causes Far More Death, IQ Loss Than Thought: Study” (Barrons, 11 september 2023). https://www.barrons.com/news/lead-poisoning-causes-far-more-death-iq-loss-than-thought-study-78d8ccb6.
6. Bjorn Larsen en Ernesto Sánchez-Triana, “ Global Health Burden and Cost of Lead Exposure in Children and Adults”. Zie noot 4.
7. Elizabeth Gamillo, “Leaded Gasoline Use in Vehicles Has Now Officially Ended Worldwide,” (Smithsonian Magazine, 31 augustus 2021). https://www.smithsonianmag.com/smart-news/worldwide-use-leaded-gasoline-vehicles-now-completely-phased-out-180978549/.
8. Kyle Smith, “Leaded Gas Lowered America’s IQ, and We’re Still Using It” (Hagerty, 5 juli 2022). https://www.hagerty.com/media/maintenance-and-tech/leaded-gas-lowered-americas-iq-and-were-still-using-it/; “Gasoline Explained: Gasoline and the Environment” (U.S. Energy Information Administration, 29 december 2022). https://www.eia.gov/energyexplained/gasoline/gasoline-and-the-environment-leaded-gasoline.php.
9. Zowel het ontginnen van elementen uit de aardkorst als de industriële verwerking en chemische scheiding die nodig zijn voor extractie en zuivering, ondermijnen rechtstreeks het delicate evenwicht van natuurlijke elementen in de biosfeer dat de evolutie van intelligent leven mogelijk heeft gemaakt. Dit evenwicht kan worden gezien als een “Goudlokje-zone”: door het te vervuilen met giftige elementen die anders van nature in rotsen opgesloten zitten, tasten we het substraat aan waarvan al het leven afhankelijk is.
10. Kathryn B. Egan et al., “Blood Lead Levels in U.S. Children Ages 1-11 Years, 1976-2016” (Environmental Health Perspectives 129, no. 3, 2021). https://doi.org/10.1289/EHP7932.
11. Zie Inger Andersen, “Lessons Learnt from the Global Phase-Out of Leaded Fuel” (UNEP, 30 augustus 2021). https://www.unep.org/news-and-stories/speech/lessons-learnt-global-phase-out-leaded-fuel. Zie met name: “Het werd in verband gebracht met gezondheidsproblemen, waaronder hartaandoeningen, beroertes en kanker; het belemmerde de ontwikkeling van de hersenen, vooral bij kinderen. […] Stoppen met het gebruik van gelode benzine zou, volgens UNEP, naar schatting 58 miljoen misdrijven per jaar kunnen voorkomen en elk jaar 2,45 biljoen dollar voor de wereldeconomie uitsparen – geld dat anders op was gegaan aan ziekenhuisrekeningen, misgelopen loon en gevangenissen […] In een notendop vormt het probleem van gelode benzine een illustratie van het type fouten dat mensen op alle niveaus van onze samenlevingen gemaakt hebben: het type fouten dat de drievoudige planetaire crisis van klimaatverandering, verlies van natuur en biodiversiteit, en vervuiling en afval over ons heeft afgeroepen.”
12. “Global Burden of Disease” (The Lancet, april 5, 2024). https://www.thelancet.com/gbd.
13. “CAS Data” (American Chemical Society, mei 2024). https://www.cas.org/cas-data.
14. Ravi Naidu et al., “Chemical Pollution: A Growing Peril and Potential Catastrophic Risk to Humanity” (Environment International, 26 november 2021). https://www.sciencedirect.com/science/article/pii/S0160412021002415; “Fossil Fuel Air Pollution Responsible for 1 in 5 Deaths Worldwide” (Harvard School of Public Health, 9 februari 2021). https://www.hsph.harvard.edu/c-change/news/fossil-fuel-air-pollution-responsible-for-1-in-5-deaths-worldwide/.

Naast gelode benzine bestaat er nog een lange lijst van uitvindingen die onnoemelijk veel leed hebben veroorzaakt en vele miljoenen mensen het leven hebben gekost.[15] Vioxx was een veelgebruikte en effectieve pijnstiller die echter als bijwerking had dat ze het risico op hartaandoeningen verhoogde, wat naar schatting in tienduizenden onnodige sterfgevallen geresulteerd heeft.[16] Asbest is een nuttig brandvertragend bouwmateriaal dat tot op de dag van vandaag vele soorten kanker veroorzaakt en wereldwijd jaarlijks zo’n 250 duizend sterfgevallen tot gevolg heeft.[17] DDT is een bestrijdingsmiddel dat werd aangeprezen als een wondermiddel en dat rechtstreeks op mensen en voedsel werd gesproeid; ondanks de restricties op het gebruik ervan brengt DDT nog steeds schade aan het milieu en aan de menselijke gezondheid toe, onder meer in de vorm van kanker, vruchtbaarheidsproblemen en de vertraging van de ontwikkeling van baby’s en jonge kinderen.[18] Het beruchtste geval is wellicht thalidomide (in Nederland en België beter bekend onder de merknaam Softenon), dat in de jaren zestig tijdens de zwangerschap werd voorgeschreven om ochtendmisselijkheid te verlichten; het veroorzaakte de dood van duizenden baby’s, ofwel in de baarmoeder of tijdens de vroege kindertijd, en leidde in andere gevallen tot ernstige misvorming van de ledematen, de oren, het hart en andere interne organen.[19]

Er zijn nog veel meer voorbeelden van farmaceutische producten, landbouwchemicaliën, bouwmaterialen en consumptiegoederen die ooit op grote schaal gebruikt zijn, totdat ze vanwege de schade die ze berokkenden vervolgd en verboden werden.[20] Toch is de overgrote meerderheid van schadelijke chemicaliën en technologieën van allerlei aard nog altijd niet illegaal verklaard, ondanks de vaak overweldigende hoeveelheid wetenschappelijke gegevens over hun schadelijkheid. Luchtvervuiling is bijvoorbeeld één van de belangrijkste doodsoorzaken ter wereld en toch zijn maar weinig van de chemicaliën die eraan bijdragen verboden.[21] De overige voorbeelden die in deel I worden gegeven, zijn niet beperkt tot een enkele industrietak, maar afkomstig uit alle sectoren van industriële activiteit.

In alle hierboven genoemde gevallen dachten we, in elk geval voor een tijdje, dat het om positieve en wenselijke innovaties ging.[22] Zowel experts als het brede publiek zagen elk van deze producten als een nuttig hulpmiddel voor de oplossing van een specifiek probleem – als een vorm van vooruitgang. In deze gevallen gaf onze opvatting van vooruitgang echter blijk van een forse mate van naïviteit. Formeler gesteld ontbrak het de mensheid aan een breder bewustzijn van en inzicht in andere verstrekkende gevolgen van hun gebruik. Dit artikel stelt dat ditzelfde fenomeen – naïviteit aangaande de totaliteit van de effecten van een technologie – vaker wel dan niet opgaat voor de technologieën die we creëren.

Juist nu de technologische ontwikkeling aan een versnelling onderhevig is, moeten we beter bedacht zijn op de gekoppelde problemen van de toegenomen schaal van hun impact en de snelheid van hun implementatie. De gevolgen van de neveneffecten of externaliteiten van nieuwe technologieën nemen ernstigere vormen aan naarmate hun kracht, snelheid van implementatie en bereik toenemen.


15. Een simpele doorberekening van de voorbeelden in deze paragraaf wijst uit dat alleen al de combinatie van lood en asbest jaarlijks 755 duizend sterfgevallen veroorzaakt. Vioxx zou voor in totaal 55 duizend sterfgevallen verantwoordelijk zijn geweest (totale marktlevensduur 1999-2005). Er zijn weinig betrouwbare schattingen van door DDT veroorzaakte sterfte en ziekte. Het is niet bekend hoeveel baby’s in de baarmoeder of tijdens de vroege kindertijd stierven als gevolg van softenon, maar tussen 1957 en 1961 werden tussen de 10 duizend en 20 duizend gevallen van geboorteafwijkingen geregistreerd.
16. Harlan M. Krumholz, Joseph S. Ross en David S. Egilman, “What Have We Learnt from Vioxx?” (BMJ 334, 18 januari 2007). doi: https://doi.org/10.1136/bmj.39024.487720.68; Zie ook: “Vioxx Killed Half a Million? The Facts are Grim” (The Legal Examiner Affiliate Network, 1 mei 2012). https://affiliates.legalexaminer.com/health/vioxx-killed-half-a-million-the-facts-are-grim/.
17. Suzanne Dixon, “Asbestos Cancer Facts and Statistics” (Asbestos.com, The Mesothelioma Center, 2024). https://www.asbestos.com/cancer/facts/; Zie tevens: Sugio Furuya, et al., “Global Asbestos Disaster” (International Journal of Environmental Research and Public Health 15, no. 5, 2018). doi: 10.3390/ijerph15051000. Asbest is alleen al in de VS verantwoordelijk voor 4 procent van alle gevallen van longkanker en meer dan drieduizend gevallen van mesothelioom per jaar, plus een reeks andere ziekten en psychiatrische aandoeningen; de VS is het enige ontwikkelde land ter wereld dat de import en het gebruik ervan nog toestaat.
18. Zie ook: Tasselli, et al., “Legacy Dichlorodiphenyltrichloroethane (DDT) Pollution in a River Ecosystem: Sediment Contamination and Bioaccumulation in Benthic Invertebrates” (Sustainability 15, no. 8, 2023). https://doi.org/10.3390/su15086493; Zie tevens: Verona Borges Ferreira, et al., “Residues of Legacy Organochlorine Pesticides and DDT Metabolites in Highly Consumed Fish from the Polluted Guanabara Bay, Brazil: Distribution and Assessment of Human Health Risk” (Journal of Environmental Science and Health 55, no. 1, 2020). doi.org/10.1080/03601234.2019.1654808.
19. Michael E. Franks, Gordon R. Macpherson en William D. Figg, “Thalidomide” (The Lancet 3623, no. 9423, 2004). https://doi.org/10.1016/s0140-6736(04)16308-3; zie ook: “About Thalidomide” (The Thalidomide Trust, 2024). https://www.thalidomidetrust.org/about-us/about-thalidomide/.
20. Andere bekende voorbeelden zijn organofosfaten zoals malathion en parathion, maar ook loodhoudende verf, premarine en een steeds langer wordende lijst van chemische stoffen die in cosmetische producten worden gebruikt.
21. Hannah Ritchie en Max Roser, “Air Pollution” (Our World in Data, 2024). https://ourworldindata.org/air-pollution.
22. Gilbert W. Mellin en Michael Katzenstein, “The Saga of Thalidomide — Neuropathy to Embryopathy, with Case Reports of Congenital Anomalies” (The New England Journal of Medicine 267, no. 23, 1962). DOI:10.1056/NEJM196212062672305.

Softenon, Vioxx en asbest zijn algemeen bekend omdat ze over zulke duidelijke negatieve externaliteiten (prijzige of onaangename neveneffecten) beschikten, die niet alleen ernstig waren, maar zich ook snel manifesteerden. Vele andere externaliteiten bevinden zich echter op de grens van deze categorie, met effecten die weliswaar ernstig zijn, maar net iets langzamer tot het menselijke bewustzijn doordringen. Het is bijvoorbeeld bepaald niet onaannemelijk dat we in de nabije toekomst net zo op vluchtige organische stoffen (onder meer gebruikt in vloerbedekking en bouwmaterialen) terugkijken als nu op DDT.[23] Nieuwere klassen van pesticiden vallen ongetwijfeld in een vergelijkbare categorie, alleen openbaren hun effecten op de menselijke gezondheid en het milieu zich niet met eenzelfde snelheid. Maar op een wat langere termijn blikken we wellicht op een vergelijkbare manier terug op neonicotinoïden, pyrethroïden, sulfoximines en fenylpyrazolen.[24] Ook beginnen we meer oog te krijgen voor de effecten van polyfluoralkylverbindingen (PFAS) op de menselijke gezondheid en het milieu. PFAS worden gebruikt in waterafstotende stoffen, anti-aanbakpannen en sommige blusschuimen. Ze worden ook wel forever chemicals genoemd omdat ze niet in het milieu afbreken en zich in de loop der tijd gewoon maar ophopen. PFAS worden in verband gebracht met vele vormen van biologische schade, waaronder de verstoring van het cardiovasculaire, endocriene en reproductieve systeem, een verminderde leverfunctie en een verhoogd risico op kanker.[25] Volgens een studie kost het grofweg zevenduizend keer het jaarlijkse mondiale bbp om slechts één kleine subklasse van PFAS-chemicaliën uit het milieu te verwijderen en te vernietigen.[26] PFAS worden inmiddels overal aangetroffen, zelfs in het regenwater in de meest ongerepte delen van de planeet.[27] Hoeveel geld je ook hebt en waar je je ‘doemsdagbunker’ ook bouwt, er valt niet langer te ontkomen aan de ziekten van het antropoceen.

We vertrouwen op maatschappelijke instellingen voor een gedegen risicobeheer van de schade die door DDT, asbest en andere uitvindingen berokkend wordt. Limieten voor de blootstelling aan chemische stoffen worden vastgesteld op basis van het beschikbare bewijs uit specifieke academische studies en de bredere onderzoeksliteratuur en met de betreffende industrieën en het bredere publiek gedeeld. Hoewel de intentie om de aanwezigheid van gifstoffen in het milieu aan limieten te binden uiteraard onze steun verdient, is het ook belangrijk om op te merken dat de hoeveelheid van deze stoffen in onze evolutionaire omgeving nul bedroeg. De biosfeer die intelligent leven voortbracht, bevatte geen synthetische chemicaliën.

De manier waarop we blootstellingslimieten voor chemische stoffen in het milieu vaststellen, levert een vals gevoel van veiligheid op. Een enkele drempelwaarde kan nooit alle nuances van de biologische realiteit omvatten; een bepaalde hoeveelheid van een zekere chemische stof kan bijvoorbeeld een heel ander effect hebben op een kind dan op een volwassene. Blootstellingslimieten worden deels vastgesteld omdat er nu eenmaal een industrie bestaat die dergelijke chemische stoffen produceert. Vanuit de markt is er vraag naar een chemische stof voor een bepaald doel, en dus luidt de uitgangspositie dat elke chemische stof – totdat het tegendeel bewezen is – tot een bepaalde limiet veilig is. En de markt oefent druk uit om die veiligheidslimiet zo hoog mogelijk boven de nul te houden.

Als we worden blootgesteld aan honderden bekende kankerverwekkende stoffen, elk op of onder de wettelijke limiet, wat is dan het cumulatieve kankerverwekkende effect op onze lichamen? Helaas zijn er geen tests die inzicht geven in de cumulatieve effecten van de chemicaliën in de lucht die we inademen, het voedsel dat we eten en het water dat we drinken. Wel zijn er gegronde aanwijzingen dat het vaker voorkomen van kanker, hormoonstoornissen en complexe chronische ziekten verband houdt met de toenemende blootstelling aan deze reeks nieuwe verbindingen.[28] We weten nog heel weinig over alle wisselwerkingen tussen en de gecombineerde effecten van synthetische moleculen binnen de complexiteit van een compleet biologisch organisme. Er is niet één onmiddellijk meetbaar effect dat als richtpunt voor regelgeving kan dienen. In plaats daarvan treden de effecten vertraagd op, zijn ze cumulatief en hebben ze veel weg van andere systemische aandoeningen.

In onze geglobaliseerde wereld wordt iedereen aan deze stoffen blootgesteld en door deze effecten getroffen, en dus is het vaak erg lastig om de verschillen te zien tussen bevolkingsgroepen die er meer of minder acuut aan worden blootgesteld. Onder deze omstandigheden is wetgeving een weinig zinvol instrument, al voert de impact van al deze chemicaliën ons naar een ‘dood door duizend speldenprikken’.[29]


23. Xihe Zhou et al., “Environmental and Human Health Impacts of Volatile Organic Compounds: A Perspective Review” (Chemosphere 313, 2023). https://doi.org/10.1016/j.chemosphere.2022.137489.
24. Darrin A.Thompson, et al., “A Critical Review on the Potential Impacts of Neonicotinoid Insecticide Use: Current Knowledge of Environmental Fate, Toxicity, and Implications for Human Health” (Environmental Science: Processes & Impacts 6, 2020). https://doi.org/10.1039/C9EM00586B.
25. Raphael M. Janousek, Stephan Lebertz en Thomas P. Knepper, “Previously Unidentified Sources of Perfluoroalkyl and Polyfluoroalkyl Substances from Building Materials and Industrial Fabrics” (Environmental Science: Processes & Impacts 11 (2019). https://doi.org/10.1039/C9EM00091G.
26. Alison L. Ling, “Estimated Scale of Costs to Remove PFAS from the Environment at Current Emission Rates” (Science of the Total Environment 918, 2024). https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/38325453/.
27. Green Science Policy Institute, “It’s Raining PFAS: Even in Antarctica and on the Tibetan Plateau, Rainwater is Unsafe to Drink” (Phys.org, 2 augustus 2022). https://phys.org/news/2022-08-pfas-antarctica-tibetan-plateau-rainwater.html.
28. Zie bijvoorbeeld: “Latest Science Shows Endocrine Disrupting Chemicals in Plastics, Pesticides, and Other Sources Pose Health Threats Globally” (Endocrine Society, 26 februari 2024). https://www.endocrine.org/news-and-advocacy/news-room/2024/latest-science-shows-endocrine-disrupting-chemicals-in-pose-health-threats-globally.
29. “Dood door duizend speldenprikken” (lingchi) is een vorm van marteling die in China duizenden jaren lang werd toegepast en waarbij herhaaldelijk kleine sneetjes over het hele lichaam van het slachtoffer werden toegebracht, wat uiteindelijk tot de dood leidde. https://en.wikipedia.org/wiki/Lingchi.

Sommige schadelijke effecten van nieuwe technologieën zien we aankomen. Die begrijpen we en daarvoor kunnen we plannen. Maar op andere lukt het niet om van tevoren te anticiperen. Menigeen hoopte bijvoorbeeld dat sociale media mensen met elkaar zouden verbinden en dat ze digitale gemeenschappen zouden creëren; in het Westen is in elk geval geen enkele poging ondernomen om te voorzien dat sociale media weleens de politieke polarisatie zouden kunnen aanwakkeren, de geestelijke gezondheid zouden kunnen schaden en een handig doorgeefluik zouden kunnen vormen voor allerhande desinformatie en psychologische oorlogsvoering.[30]

Soms worden tests en risicobeoordelingen bij de introductie van een nieuwe technologie simpelweg overgeslagen en soms is het ook gewoon heel lastig om de uitkomsten van het ingrijpen in complexe systemen te voorspellen.[31] Maar in andere gevallen weten we van tevoren dat er schadelijke effecten kunnen optreden. Komen die in een later stadium daadwerkelijk aan het licht, dan kunnen de verantwoordelijken zich (als een vorm van plausibele ontkenning) verschuilen achter het feit dat het soms inderdaad verdraaid lastig is om externaliteiten te voorspellen.

In tal van gevallen is bewezen dat fabrikanten, lang voordat de schadelijke effecten aan het licht kwamen, op de hoogte waren van de negatieve bijwerkingen van hun technologieën.[32] Ondanks deze voorkennis deden ze niets om de risico’s in te perken en verborgen of vernietigden ze in sommige gevallen zelfs actief alle bewijs van hun voorkennis om zo boetes en rechtszaken te voorkomen.[33] Wanneer deze schadelijke effecten op redelijk korte termijn evident zijn, is het relatief eenvoudig om gaten in onze pogingen tot ‘vooruitgang’ te schieten, zoals in het geval van Softenon of asbest. Maar in de meeste gevallen blijft de schade verborgen. Dan is die van zijn oorsprong weg geabstraheerd of verloren gegaan in de onuitputtelijke complexiteit van de biosfeer. Deze eigenschappen van het ontwikkelingsproces van nieuwe technologie nodigen uit om de voorbeelden in deze afleveringen als uitzonderingen af te doen. Alleen zijn het geen uitzonderingen – hun schadelijke effecten traden gewoon sneller op en waren eerder zichtbaar dan gemiddeld.

In het verleden hadden de gereedschappen die we maakten effecten die begrensd werden door de beperktere schaal van hun impact en verspreiding, en dus werkten de gevolgen van gebrekkig design en ontoereikende planning trager en minder ingrijpend door. Nu leven we in een nauw verbonden, mondiale beschaving waarin gebeurtenissen op de ene plek het leven elders snel en drastisch kunnen beïnvloeden. Duikt er een nieuw virus op in Wuhan, dan kan dat de wereld platleggen. Brengen we nieuwe software uit, dan is die voor eenieder met een internetverbinding beschikbaar. Al lang voordat we ze volledig begrijpen, kunnen onvoorziene gevolgen van nieuwe technologieën wereldwijd om zich heen grijpen.

De overgrote meerderheid van de ingrijpendste en lastigste problemen waarmee we te kampen hebben – klimaatverandering, kernoorlog, het uitsterven van soorten – is het onbedoelde gevolg van pogingen van mensen om andere problemen op te lossen. In ons streven om het probleem van de Tweede Wereldoorlog op te lossen, vonden we bijvoorbeeld kernwapens uit. Die hebben inderdaad een rol gespeeld bij het beëindigen van de oorlog, maar tegelijkertijd hebben ze de mensheid opgezadeld met een veel onzekerdere en onveiligere wereld. Voor veel van onze grootste problemen hebben we op enig moment in het verleden technische oplossingen bedacht – oplossingen die sindsdien allerlei neveneffecten hebben gehad die we ofwel niet voorzien, dan wel in onvoldoende mate op voorhand gereguleerd hebben.

De problemen waarmee de wereld momenteel te kampen heeft, zijn dus niet het gevolg van een onvermogen om onze doelen te bereiken, maar juist een rechtstreekse consequentie van ons succes – ze zijn het gevolg van hoe destructief we zijn in het nastreven van onze doelen.


30. “It’s a MAD Information War” (The Consilience Project, 25 juli 2021). https://consilienceproject.org/its-a-mad-information-war/.
31. Een variant op dit probleem werd oorspronkelijk gepostuleerd als het “Collingridge Dilemma” in The Social Control of Technology van David Collingridge (New York: St. Martins Press, 1980). Dit dilemma behelst dat de ontwikkeling van technologie gepaard gaat met het tweeledige probleem van informatie en macht: het is moeilijk om de effecten van een technologie te voorspellen totdat het gebruik ervan wijd verspreid is geraakt, maar is het eenmaal wijd verspreid, dan wordt controle of verandering extreem moeilijk.
32. “Merck Manipulated the Science about the Drug Vioxx” (Union of Concerned Scientists, 12 oktober 2017). https://www.ucsusa.org/resources/merck-manipulated-science-about-drug-vioxx.
33. “They Knew: How Industry Giants Covered up PFAS Dangers” (Innovation Origins, 4 juni 2023). https://innovationorigins.com/en/they-knew-how-industry-giants-covered-up-pfas-dangers/.

Technologieën veranderen niet alleen de wereld, maar ook onze ervaring van hoe het is om in die wereld te leven. Daarbij is niet alle verandering noodzakelijkerwijs ook vooruitgang. Sommige veranderingen kunnen voor de ene groep voordelig uitpakken en nadelig voor een andere, of voordelig zijn voor het nastreven van één doel ten koste van andere doelen. Dergelijke veranderingen kunnen alleen als daadwerkelijke vooruitgang beschouwd worden als we onze ogen sluiten voor hun schadelijke neveneffecten. Door vooruitgang te eng te definiëren, kunnen we de positieve resultaten in het hier en nu als ‘vooruitgang’ betitelen, terwijl we de schade die elders optreedt gemakshalve negeren. Wat we vooruitgang noemen, komt in veel gevallen dus simpelweg neer op het naar elders (in tijd of ruimte) verplaatsen van schadelijke effecten.

In de ontwikkelingspsychologie geldt het onvermogen om de wereld door een andere lens te zien dan die van onze eigen beperkte doelen of belangen als een eigenschap die met onvolwassenheid geassocieerd wordt.[34] Zijn we jong, dan zijn we onvolwassen: dan zullen we soms naar onze ouders uitvallen en naar onze onmiddellijke emoties en verlangens handelen. Daarbij zijn we veelal niet in staat om ons in te leven in degenen die we kwetsen of te begrijpen dat we schade toebrengen aan zaken waaraan we waarde hechten en die we nodig hebben om te overleven. Zonder ons dat volledig te realiseren, vertrouwen we op de liefde en vrijgevigheid van degenen die voor ons zorgen. Naarmate we opgroeien, doorlopen we verschillende ontwikkelingsfasen en bouwen we (onder andere) het vermogen op om abstracte ideeën te ontwikkelen, concepten van een grotere complexiteit te begrijpen en vanuit een steeds breder perspectief naar de mensen om ons heen en onze eigen handelingen en overwegingen te kijken. We ontwikkelen de bekwaamheid om de wereld door de ogen van anderen te zien, onze handelingen over een langere tijdshorizon te overzien en rekening te houden met een groter aantal onbedoelde of toevallige gevolgen van onze keuzes.

Passen we dit kader van volwassenheid op het concept van vooruitgang toe, dan kunnen we daaruit afleiden dat onze huidige definitie van vooruitgang onvolwassen is. Ons concept van vooruitgang is niet bij machte om de wereld vanuit een breder perspectief te bezien en het brengt schade toe aan zaken waaraan we waarde hechten en die we nodig hebben om te overleven. Een volwassen perspectief op vooruitgang moet rekening houden met hoe de veranderingen die we aanbrengen, los van onze onmiddellijke bedoelingen, de wereld op de lange duur zullen beïnvloeden. Het moet er oprecht naar streven om alle oorzaken en gevolgen in overging te nemen die uit onze innovaties zullen voortvloeien. Vooruitgang die het waard is om in te geloven – vooruitgang die daadwerkelijk over het verbeteren van de wereld gaat, over het vermeerderen van wat goed is in de wereld – moet nog steeds als ‘goed’ kunnen worden beschouwd wanneer alle perspectieven en schadelijke factoren volledig verdisconteerd zijn.

Natuurlijk betekent dit niet dat er nooit lastige afwegingen gemaakt zullen moeten worden; het wil alleen maar zeggen we de belangen van alle betrokkenen en alle vormen van waarde serieus tegen elkaar moeten afwegen in onze zoektocht naar de meest holistisch positieve oplossing.


34. Voor een breed overzicht van uiteenlopende modellen in relatie tot ontwikkeling en volwassenheid, zie de eerste hoofdstukken van Ken Wilber, Integral Psychology: Consciousness, Spirit, Psychology, Therapy (Boston: Shambhala Publications, 2000).

Vooruitgang is een uitspraak over de wereld die zich in een andere staat zal bevinden. Wanneer we handelingen verrichten in de wereld – wanneer we veranderingen aanbrengen – vormt die nieuwe staat in een aantal betekenisvolle opzichten dikwijls een verslechtering die wellicht niet met onze oorspronkelijke bedoelingen strookt. Veel van de veranderingen die we op dit moment vooruitgang noemen, zijn in eigenlijke zin geen vooruitgang. Het zijn veranderingen waarvoor de term voortgang wellicht beter geschikt is. Denk aan gereedschappen of machines die efficiënter worden, meer kunnen of hun impact op de wereld vergroten. Het zijn deze ‘eerste orde’-effecten die veel meer en eerder in het oog springen dan hun potentieel schadelijke neveneffecten, die pas (veel) later of ver weg optreden. Geëxternaliseerde schade is vaak veel moeilijker direct waar te nemen, waardoor we dergelijke gevallen van technologische voortgang abusievelijk met daadwerkelijke vooruitgang verwarren.

We kunnen deze vormen van voortgang ook ‘nepvooruitgang’, onvolwassen vooruitgang of naïeve vooruitgang noemen; stuk voor stuk toepasselijke benamingen om hetzelfde idee mee te omschrijven. Waar het om draait is dat hoe we vooruitgang definiëren bepalend is voor hoe de toekomst eruit komt te zien. Blijven we vooruitgang op een manier definiëren die geen rekening houdt met haar volledige impact op de wereld, dan zullen we een toekomst creëren die systematisch schade toe blijft brengen aan het leven in de breedste zin van het woord en die zaken blijft ondermijnen waar we waarde aan hechten en waarvan we afhankelijk zijn. Dat komt doordat in onze huidige benadering van technologische ontwikkeling die schade eerder de norm dan de uitzondering is – en die schade is blijvend, cumulatief en houdt gelijke tred met de economische groei. In zijn huidige vorm is ons wereld-systeem afhankelijk van exponentiële groei. Nu we over almaar krachtigere technologieën beschikken is het des te nijpender dat we onze benadering bijstellen. Doen we dat niet, dan zullen hun externaliteiten eveneens exponentieel toenemen. Het moge duidelijk zijn dat een dergelijk traject op een eindige planeet niet (lang) valt vol te houden.

Een kort overzicht van de echt grensverleggende technologieën van onze tijd kan wat meer inzicht bieden in het type vooruitgang dat we werkelijk nastreven. De ontwikkeling van onze militaire slagkracht is altijd een belangrijke drijvende kracht geweest achter onze technologische voortgang, en er wordt nog altijd een ongelooflijke hoeveelheid geld, tijd en creativiteit gestoken in ons vermogen om op een werkelijk ongekende schaal te vernietigen en te doden. Je kunt bezwaarlijk volhouden dat de nieuwste ontwikkelingen rond geavanceerde wapensystemen ons naar een hoogtepunt van de menselijke bloei voeren. Naties zijn momenteel in een race verwikkeld om als eerste ‘gerichte-energiewapensystemen’ in de ruimte te stationeren, waaronder ultrakorte-pulslasersystemen en krachtige microgolfsystemen, die beide onderdeel moeten uit gaan maken van een rond de aarde cirkelend ‘dodelijk web’ dat in staat zal zijn om overal op aarde doelen onder vuur te nemen.[35] AI-gestuurde autonome drone-zwermen zijn al gevechtsklaar.[36] Hypersonische kernraketten die vijf keer sneller vliegen dan de snelheid van het geluid, zijn al over de hele wereld met succes getest.[37] Dit zijn ongekende technische hoogstandjes, die echter louter bedoeld zijn om op een historisch ongekende schaal te intimideren en dood en verderf te zaaien. Overheden en privébedrijven bedienen zich van enorme hoeveelheden menselijk vernuft, kapitaal en materialen om op planetaire schaal alomtegenwoordige surveillance- en moordmachines te bouwen. Zeker, dit zijn allemaal inspanningen die de stand van de techniek in technologische zin vooruit helpen, maar kunnen we ze ook werkelijk vooruitgang noemen?

Wat is er in vredesnaam beter aan een wereld waarin jij en je gezin het risico lopen om door autonome dodelijke drones aan flarden te worden geschoten? Valt er vanuit het perspectief van wat er in een mensenleven echt toe doet, enige waarde te hechten aan deze op zichzelf indrukwekkende technologische voortgang? Deze technologieën zijn wellicht krachtig, misschien zelfs ontzagwekkend, maar zijn ze ook goed of mooi?[38]


35. Zie bijvoorbeeld: Office of Naval Research, “Directed Energy Weapons: Ultra-Short Pulse Laser and Atmospheric Characterization” (Office of Naval Research, 2024). https://www.nre.navy.mil/organization/departments/code-35/division-353/directed-energy-weapons-uspl-and-atmospheric-characterization.; Rajesh Uppal, “Emerging Ultrashort Pulse Laser (USPL) or Femtosecond Laser Directed Energy Weapons (DEW)” (International Defense, Security & Technology, 7 april 2022). https://idstch.com/technology/photonics/emerging-ultrashort-pulse-laser-uspl-or-femtosecond-laser-directed-energy-weapons-dew/; “Adapting Cross-Domain Kill-Webs” (Defense Adapted Research Projects Agency, 29 juni 2024). https://www.darpa.mil/program/adapting-cross-domain-kill-webs.
36. Rojoef Manuel, “Shield AI, AFWERX Complete AI-Piloted Drone Swarm Demonstration” (The Defense Post, 1 september 2023). https://www.thedefensepost.com/2023/09/01/us-ai-drone-swarm-demonstration/.
37. The Parliamentary Office of Science and Technology, “Hypersonic Missiles” (UK Parliament Post 696 (juni 2023). https://researchbriefings.files.parliament.uk/documents/POST-PN-0696/POST-PN-0696.pdf.
38. Een veelgehoorde reactie is dat zelfs als een militaire wapenwedloop een wereld met steeds destructiever wapentuig oplevert, het voor “ons” (d.w.z. de goeden in ons wereldbeeld) nog steeds beter is om te winnen dan dat “zij” (de slechteriken in ons wereldbeeld) aan het langste eind trekken. Het is belangrijk om te onthouden dat degenen die geen kans maken om een wapenwedloop te winnen, niets te zeggen hebben over het al dan niet plaatsvinden ervan. Alleen degenen die over de potentie beschikken om de wapenwedloop te winnen, hebben de potentie om er grenzen aan te stellen. Degenen met het potentieel om te winnen zullen vaak verklaren dat ermee stoppen simpelweg onmogelijk is. Maar dat is een keuze; in plaats van verdragen voor multilaterale ontwapening na te streven, kiezen we ervoor om de fundamentele dynamiek van de wapenwedloop te versnellen. Deze kritiek poneert niet dat het dus maar beter is om de tegenstander te laten winnen; ze wijst er slechts op dat de potentiële oplossingsruimte ernstig onderbenut is en dat niemand ook maar een klein deel van de militaire uitgaven reserveert voor diplomatie of voor de ontwikkeling van modellen en overeenkomsten om de macht te delen.

Wanneer we met argumenten geconfronteerd worden die vraagtekens plaatsen bij de verworvenheden van de beschaving, dan kan dat gevoelens losmaken die voortkomen uit een vereenzelviging met de resultaten van de vooruitgang die we in de wereld om ons heen waarnemen. Deze reactie kan een uit een onbaatzuchtige emotie voortspruiten, in de zin dat ze een weerspiegeling vormt van een gevoel van dankbaarheid voor de talloze mensen die de beschaving gecreëerd hebben waarvan we nu profiteren. Een veel voorkomende respons op elke vorm van kritiek op de vooruitgang is echter dat elk perspectief dat niet onverdeeld positief is, buitensporig kritisch zou zijn op de keuzes en handelingen van onze voorouders die niet beter konden weten. Niets van wat in dit artikel te berde wordt gebracht, impliceert echter dat de technologie, cultuur of vooruitgang die we van onze voorouders hebben geërfd dus maar overboord gegooid moet worden; we willen op geen enkele manier de indruk wekken dat de beschaving niets goeds heeft voortgebracht of dat we ondankbaar zouden moeten voor de voordelen die ons vandaag de dag omringen. Niettemin is dit een kritiek – een kritiek die poogt om op een eerlijke en evenwichtige manier rekenschap te geven van de schade die veroorzaakt is en wordt door het type vooruitgang dat we hebben nagestreefd. Het is een kritiek die én erkent dat velen hun leven hebben gegeven om de wereld in haar huidige staat te brengen én dat talloze andere wezens schade wordt berokkend om de dingen te houden zoals ze zijn.

Het perspectief dat hier gedeeld wordt, erkent dat een flink deel van deze schade onbewust werd veroorzaakt, maar dat een goed deel ervan ook moedwillig is aangericht. Dit artikel werpt simpelweg de stelling op dat eenieder die acties onderneemt of verandering teweegbrengt in de wereld, zich zowel van de positieve als de negatieve gevolgen van zijn of haar handelingen rekenschap moet geven, en dat de mensheid zich van nu af aan maar beter zo goed mogelijk van deze taak kan kwijten. Alleen door op de negatieve gevolgen te anticiperen en te proberen deze te vermijden, kunnen we daadwerkelijke vooruitgang bewerkstelligen. Door haar handelingen creëert ieder mens tijdens haar leven een enorm web van oorzaak en gevolg. In de geschiedenis zijn er de nodige personen geweest die naast verschrikkelijke gruweldaden ook goede hebben gepleegd of verantwoordelijk zijn geweest voor nieuwe ontwikkelingen die voor de mensen om hen heen positief hebben uitgepakt.[39] Dus moeten we op zijn minst oog hebben voor de complexiteit die inherent is aan een mensenleven – of aan technologische innovatie – in de wetenschap dat verbetering mogelijk is. Zoals we hierboven al opmerkten, is het niet onze bedoeling om het idee van vooruitgang enkel te deconstrueren om ons gelijk te halen; die deconstructie gebruiken we om een weg voorwaarts en een pad naar mogelijke oplossingen uit te stippelen.

Het concept van vooruitgang moet nodig verder ontwikkeld worden. Door ons bewust rekenschap te geven van de schaduwzijden van onze handelingen, kunnen we helpen om tot een volwassen idee van vooruitgang te komen.


39. Hoewel er talloze voorbeelden bestaan van dit soort brede perspectieven op individuele nalatenschappen, zou je we een van de beruchtste figuren uit de geschiedenis als voorbeeld kunnen nemen. Dzjengis Khan wordt vaak herinnerd vanwege zijn brute veroveringen en geweld. Zonder een oordeel te vellen over de waardebalans tussen positieve en negatieve bijdragen, is het mogelijk om een inschatting te maken van zijn nalatenschap aan de hand van een aantal generatieve bijdragen aan de samenleving, waaronder culturele uitwisseling tussen Oost en West, toenemende handel langs de Zijderoute en de introductie van een Mongools schrijfsysteem. Zie: Frank McLynn, Genghis Khan: His Conquests, His Empire, His Legacy (Cambridge, MA: Da Capo Press, 2015).